top of page

Margreet Woertman introduceerde het Emwe-label voor haar hoofddeksels in 2004. Sindsdien is ze betrokken bij het kunstenaarscollectief; “Galerie bij Floors de berg op”, in het pittoreske bergkwartier van Deventer.

Hoe ben je begonnen?
Ik ben altijd gek geweest op hoeden en hoofdtooien. Ik droeg ze en verzamelde ze. Ik denk dat het echt begonnen is doordat ik meters stof om mijn hoofd wikkelde. Daarmee kwam ik tot vormen die in het klassieke aanbod niet te vinden zijn. Eigenlijk waren dit de eerste hoofddeksels die ik maakte. Onder het begrip hoofddeksels, zijn veel meer hoofddrachten te vatten, dan onder het begrip hoed.

In die periode emigreerde ik naar Suriname en wikkelde nog steeds meters stof om mijn hoofd, passend bij mijn outfit. Qua cultuur past het daar veel beter dan hier in Nederland, maar door de warmte heb ik dat opgegeven.
 

Heeft de Surinaamse cultuur je iets opgeleverd wat betreft jouw hoeden?
O ja zeker. De heldere kleuren, het felle zonlicht waardoor alle kleuren nog intenser worden. Surinamers durven zich te laten te zien, ze zijn flamboyant. Zo kleurrijk als de Surinaamse natuur is, zo kleurrijk zijn de mensen ook. Ik hou ervan om met kleuren te spelen en te experimenteren, dat is ook nu nog in mijn hoeden terug zien. Die periode blijft een inspiratie voor mij.

Toen ik daar woonde had ik een atelier waar ik maatkleding maakte voor Surinaamse vrouwen. Mijn inspiratie kon ik vooral kwijt tijdens Onafhankelijkheidsdag en Keti koti; Dan wordt de afschaffing van de slavernij herdacht. Surinamers gaan dan in traditionele kleding de straat op om feest te vieren. Voor die gelegenheid maakte ik voor mijzelf flamboyante Afrikaanse jurken en maakt er iets passends bij voor op mijn hoofd. Dat vond ik heerlijk.

Dus hoeden maken is iets waar je echt van geniet!?
O ja zeker, ik vind de hele outfit belangrijk, maar een hoed is voor mij wel de kers op de taart.

Ja, en toen terug in Nederland!?
In Nederland is een hoofddeksel ook een praktisch product, om je in de winter te beschermen tegen de kou. Waarom zou je dan niet iets moois dragen in plaats van een muts, die weer zo snel mogelijk in je tas moet verdwijnen. Eenmaal terug in Nederland, kocht ik in Amsterdam een hand gevilte band. Was geobsedeerd door het materiaal en dacht, dit wil ik ook kunnen maken.

Toen ben ik een basiscursus vilten gaan doen. Het waren vier zaterdagochtenden en ik zat daar met hoofdpijn; zag de hoeden al voor me die ik wou gaan maken, maar moest de basisbeginselen van het vilten nog leren. Hoeden maken heb ik daar inderdaad niet geleerd, maar deed de basisvaardigheden op waarmee ik het zelf uit kon gaan zoeken. En dat heb ik ook gedaan.

De Surinaamse en de Nederlandse cultuur zijn heel verschillend, toch als ik naar je werk kijk, herken ik van beiden wel wat!? Eigenlijk had ik die behoefte al voordat ik naar Suriname ging. Om verschillende stijlen te combineren en daar mogelijk wat culturele invloeden aan toe te voegen. Zo kan je tot heel mooie ontwerpen komen. Op dit moment inspireren de Engelse tartans en de Russische bonthoeden me. Het is plezier om daar mee te spelen en te mixen.

Gebruik je ook bont?
Ja in mijn nieuwste collectie. Het bont is gerecycled van mooie gebruikte pelsjassen. Vilt en bont laten zich heel goed combineren, want beide grondstoffen zijn dierlijk.
 

Aanvankelijk heb ik het lang uitgesteld om bont te gebruiken, hoewel ik het altijd prachtig heb gevonden. Ik was van mening dat het immoreel is om met een vacht te pronken, waarvoor een dier moest sterven. Eigenlijk is mijn standpunt niet veranderd, maar wetende dat er zoveel mooie pelsjassen ongebruikt in de kast hangen, ben ik nu van mening dat het prima is deze weer te gebruiken. Weggooien is zinloos en de vachten zijn zo mooi!

Heb je kunstacademie gedaan?
Nee, ik heb een technische coupeuse opleiding gedaan. Inmiddels ben ik zelf docent kledingtechniek bij ROC Aventus. Wat betreft hoeden ben ik autodidact.

Wat voor invloed heeft jouw beroep op je hoed ontwerpen?
Wat betreft mijn creativiteit niet zoveel. Maar als docent kledingtechniek kijk ik in de eerste instantie technisch naar een product. Zowel naar de materiaalverwerking, de pasvorm en de vorm van de hoed, die het hoofd aan alle kanten moet flatteren.

Maak je alleen winter hoeden?
Ja, voornamelijk. De Nederlandse vrouwen dragen zomers amper hoeden. Mijn hoeden zijn niet alleen mooi maar ook praktische te dragen bij regen en sneeuw, ze kunnen zowel sportief als sjiek gedragen worden. Vaak verbaasd het vrouwen dat mijn hoeden onder alle weersomstandigheden mooi blijven.

Waar kan ik een hoed van jouw kopen?
Middels mijn website kunt je een goed beeld krijgen van mijn hoofddeksels, daar heb ik veel van mijn mooiste ontwerpen op staan. Bij de Galerie “bij Floors de berg op” vind je een uitgebreide collectie hoeden. Mocht je toch specifieke wensen hebben kan ik het voor je maken.

Wat moet een hoed voor een vrouw doen?
Ik hou van mooie materialen, schoonheid, mode, uiterlijk vertoon, maar niet als leeg omhulsel, niet als masker. Wat mij betreft heeft schoonheid niets te maken met dik of dun, jong of oud of met mode, maar veel meer met wie je bent; Wat flatteert jou, wie wil je zijn en wat maakt jou mooi?

Een hoed moet bij je uiterlijk en bij je persoonlijkheid passen, het moet het mooie in je zichtbaar maken. Je moet je er goed of zelfs beter bij voelen. Het moet je recht op laten lopen, je doen oprichten. Het moet je uitdagen. “It’s so you”, sprak laatst een Engelse dame tegen haar vriendin die met een hoed van me wegging.


Margeet Woertman,

 


Interview door Karmen Burrage

September 2013

bottom of page